Chemische structuur
Alcohol is een heldere, kleurloze en smaakloze vloeistof. De chemische structuur van alcohol is C2H5OH, beter bekend als ethanol. Alcohol ontstaat als de suiker in honing of vruchten in aanraking komt met gist. Hoe langer alcohol gist, hoe hoger het alcoholpercentage is.
Alcohol in het lichaam
Voor de vertering van voeding is er tijd nodig, maar alcohol is de enige stof die zonder vertering wordt opgenomen door de wanden van je lichaamscellen. De opname van alcohol gaat ook een stuk sneller als je drinkt op een lege maag. Als je iets hebt gegeten heeft alcohol minder mogelijkheid om door de wand van de maag te komen en dat zorgt ervoor dat de alcohol minder invloed heeft op de werking van je hersenen. Daarom komen die vrijdagmiddag-biertjes op een-met-vijf-bitterballen-gevulde-maag ook een stuk harder aan dan wanneer je een goede maaltijd eet van te voren.
Omzetten van alcohol
Alcohol wordt omgezet door het enzym alcohol dehydrogenase. Vanuit de dunne darm wordt het geabsorbeerd en komt het in de bloedbaan. Het bloed met alcohol gaat door heel het lichaam en komt zo in de lever terecht. Iedere keer als het bloed langs de lever komt zetten levercellen in twee stappen alcohol om. In de eerste stap wordt alcohol afgebroken tot acetaldehyde. Dit is een ontzettend giftige stof en hoge concentraties van deze stof in bijvoorbeeld de hersenen zorgen voor beschadiging. In de tweede stap wordt acetaldehyde omgezet in acetyl COA. Vervolgens kan je lichaam de stof uitscheiden.
Ben je vrouw en krijg je vaak de opmerking dat je minder goed tegen alcohol kan? Vrouwen produceren minder van het alcohol dehydrogenase enzym in de maag, waardoor alcohol minder snel wordt afgebroken. Hierdoor blijft alcohol bij vrouwen langer in de bloedsomloop. Oftewel: je kan er als vrouw helemaal niks aan doen dat je iets sneller dronken bent ;)
Alcohol in de hersenen
Alcohol heeft invloed op je hersenen en zenuwen. Hoe meer alcohol je drinkt, hoe meer delen van de hersenen worden beïnvloed:
De cortex interpreteert en analyseert informatie die binnen komt. Als je alcohol drinkt beïnvloed dit de manier waarop je deze informatie opneemt. Door alcohol kun je minder goed oordelen en nadenken, je bent minder geremd en je voelt je zelfverzekerder.
Het limbisch systeem zorgt voor emoties en het geheugen. Als je drinkt zorgt alcohol ervoor dat je emotioneler wordt en nieuwe informatie moeilijker kan opslaan.
De kleine hersenen coördineren je bewegingen. Alcohol zorgt ervoor dat deze bewegingen ongecontroleerder gaan en zorgt ervoor dat je wat wankeler door de stad loopt en wat onstabieler naar huis fietst.
Effecten van alcohol
De Kater
De dag na een avondje flink doordrinken voel je je moe, je bent misselijk en vaak heb je knallende koppijn. Hij is er weer, de zwarte kater die om je heen hangt. De kater ontstaat eigenlijk door een aantal redenen:
1. Vochtverlies
Heb jij op een avondje kroegen ook op een gegeven moment het idee dat je al na 1 biertje weer moet plassen? Alcohol remt de productie van het antidiuretisch hormoon. Dit hormoon zorgt er normaal voor dat vocht wordt vastgehouden in je lichaam. Maar omdat alcohol het hormoon juist remt, verlies je sneller vocht, krijg je meer dorst en daardoor ga je al snel meer (bier) drinken. En dat is nou eigenlijk precies wat je níet moet doen, want dat vochtverlies zorgt ook voor de hoofdpijn de dag erna.
2. Ontstaan van de giftige stof acetylaldehyde
Zoals eerder gezegd, is acetylaldehyde ontzettend giftig en zorgt voor beschadigingen in het lichaam. Je lichaam probeert deze stof zo snel mogelijk af te breken maar bij een teveel aan alcohol blijft er alsnog wat over. Hierdoor kun je bijvoorbeeld ook hoofdpijn krijgen de dag erna.
3. Irritatie van het maagslijmvlies
De dag erna het gevoel dat je zo dicht mogelijk bij de wc moet blijven? Alcohol irriteert het maagslijmvlies waardoor je misselijk wordt en soms zelf moet overgeven.
Lange termijneffecten alcohol
De kater is natuurlijk een korte termijn effect, maar er zijn ook een hoop negatieve lange termijn effecten. Alcohol heeft bijvoorbeeld invloed op de ontwikkeling van kanker, het vergroot de kans op een beroerte en overmatig alcohol drinken zorgt voor een tekort aan vitamine B1 waardoor ernstige zenuwaandoeningen kunnen ontstaan (Popelier, 2002).
Toch hoor je ook vaak dat matig alcohol een beschermend effect kan hebben op beroertes. Alcohol zorgt voor een toename van het zogenaamde ‘goede cholesterol’ en verwijdert de ‘slechte cholesterol’ uit het bloed en de vaatwanden, wat weer hart- en vaatziekten voorkomt (Popelier, 2002). Onlangs ontstond hier wel weer discussie over omdat dat ene glaasje veel invloed heeft op andere lichamelijke processen en het dus toch níet zo gezond bleek te zijn.
Dus, moeten we ons dan geheel onthouden van alcohol? Uiteindelijk beslist iedereen dit voor zichzelf, maar ik denk dat er altijd een middenweg is tussen niet drinken of iedere keer met een flinke kater eindigen.
Wist je dat...
...Een kopje koffie of een rondje lopen om te ‘ontnuchteren’ helemaal niet werkt? De afbraak van alcohol kan namelijk niet worden versneld!
...alcohol vroeger werd gebruikt als anesthesiemiddel voor operaties? Alcohol is een verdovend middel. Alleen zijn ze hiervan afgestapt omdat het moeilijk is om te bepalen hoeveel alcohol een persoon nodig heeft zodat het verdovend werkt, en bij welke dosis iemand kan overlijden.
Popelier A. Overdaad schaadt, een inventarisatie van de lichamelijke gevolgen van sociaal geaccepteerd alcoholgebruik en bingedrinken. Rotterdam: IVO; 2002.
ROLFES, Sharon Rady; PINNA, Kathryn; WHITNEY, Eleanor Noss. Normal and clinical nutrition. Wadsworth, Cengage Learning, 2012.